Maartje Sofia

Een vrouw die eindelijk leeft. Een vrouw die misbruikt en mishandeld is door haar eigen moeder.
De vader praatte het gedrag van de moeder goed. Ze wist zelf niet dat het verkeerd was. Ze was zo opgegroeid. Het was zoals het was.

Aan de buitenkant klopte alles: Het perfecte gezinnetje. Ze haalde goede cijfers op de basisschool. Ze kon naar het VWO. Signalen waren er wel. Ze werd een “standbeeld” genoemd als ze weer eens bevroor op het schoolplein. Maar ze was ook netjes gekleed. Welbespraakt en gemanierd. Ze had nu eenmaal te veel fantasie, vertelde haar ouders regelmatig aan haar en aan anderen. In de pubertijd kwam verwarring. Ze twijfelde aan haar leven thuis maar was ook loyaal. Ze begreep het niet en wist niet hoe ze moest praten. Ze weet het aan zichzelf. Ze werd jong moeder op haar 19e. Steeds meer verwarring. Vage beelden. Gevoelens. Verre emoties. Alles in stukjes opgedeeld.

Zoals een puzzel. Een grote puinhoop stukjes, zonder enige overzicht. Ze kon het niet begrijpen omdat ze het niet kon vertellen. Ze wist geen woorden. Ze was niet dom. Ze beheerste de taal heel goed. Maar ze wist gewoon geen woorden voor wat haar gebeurde. Ze kende geen woorden voor de mishandelingen en het misbruik dat ze meegemaakt had. Ze ontsnapte in een fantasie wereld. Ze sloot haar lijf af en voelde geen pijn. Ze was er vaak wel, maar toch ook weer niet. Op den duur kon ze ook niet huilen. Niet boos worden. Ze was ook zelden echt blij. Wat ze wel kon was zichzelf aanpassen. Aanpassen aan wat ze dacht dat van haar verwacht werd.

Haar enige middel om haar gevoel uit te drukken was kunst. Tekenen. Lijnen op papier zetten. Met potlood. Met olie-pastel. De lijnen uitwerken. Niet nadenken. Gewoon doen. Dat was haar stem. Haar weg naar betere hulp. Haar weg naar erkenning en herkenning. Haar weg naar woorden. Haar verhaal.

Ik ben Maartje Sofia. Ik ben mijn hele jeugd aan het overleven geweest. Tot ik er zelf een eind aan maakte op mijn 25ste. Toen ik de stap durfde te zetten om te breken met mijn familie. Te vluchten met mijn dochter. Toen had ik de woorden. Woorden om te vertellen dat ik hulp nodig had. Woorden die tot leven zijn gekomen, dankzij onder andere de kunst. Kunst waarmee je woordeloos emoties kunt delen.

Nu gaat het goed met mij. Natuurlijk ervaar ik nog regelmatig de gevolgen van mijn jeugd. Maar ik kan huilen als ik verdrietig ben. Boos zijn en dit goed in zetten. Lachen, zomaar spontaan uit het niets. Doen waar ik zelf zin in heb want ik heb tegenwoordig een eigen mening. Ik zet mijzelf ook in voor andere vrouwen. Vrouwen die nog geen stem hebben op diverse manieren.

Hier zou ik graag een aantal van mijn tekeningen delen. In de hoop dat het woordeloos iemand kan helpen. In de hoop dat het woordeloos iemand inzicht kan geven. Iemand die het ook meegemaakt heeft. Iemand die iets anders meegemaakt heeft. Iemand die wilt helpen en zich beter wilt inleven misschien. Iemand, wie dan ook.
Soms zijn woorden niet genoeg. Soms zijn woorden alles. Kunst is de plek er tussen in.